Zintuiglijk schrijven als Thomas Verbogt

Vanmorgen om half acht werd ik wakker en moest er even uit. De stralende zon werd gefilterd door de klamboe en door het geopende raam kwam ochtendfrisse lucht binnen. Nog een half uurtje terug in bed. Daarna stond A. als eerste op, want zij had afspraken en ik niet. Terwijl ik nog half slapend de douche hoor lopen, zweemt er nog vaag iets van de sympathieke Tjechische film ‘Empties’ van gisteravond door mijn hoofd. Eigenlijk een coming of age verhaal maar dan voor ouderen. Een docent neemt vlak voor zijn pensioen ontslag omdat hij ongelukkig wordt van de desinteresse van de leerlingen en bloeit helemaal op bij de lege-flessenbalie van de buurtsuper. Als ik de douche niet meer hoor, sta ik ook op. Bij de zondagochtend hoort een uitgebreid ontbijt en dat smaakt mij niet in m’n eentje. Na het ontbijt blijf ik nog even besluiteloos op de bank hangen. Als het zonnig is, heb ik altijd moeite naar mijn werkkamer op zolder te gaan. De zon trekt aan mij. Vast een buitenmens geweest in een vorig leven. Om kwart voor tien loop ik met een thermoskan koffie naar mijn werkkamer. Doelbewust loop ik nog steeds op blote voeten, want ik wil eerst mijn teennagels knippen. Ik ga daarvoor op de bank van mijn werkkamer zitten, en pak een willekeurig velletje papier van mijn bureau om dat op de grond te leggen. Zo kan ik de afgeknipte nagels makkelijker oprapen en weggooien. Net voordat ik mijn blote rechtervoet op het papier kan zetten, zie ik dat het een uitnodiging is voor een lezing van Thomas Verbogt, voor wie het zintuiglijke zo belangrijk is in zijn schrijven. Maar dat wordt mij pas duidelijk als ik naar hem luister, want ik ben toch maar snel op pad gegaan.

Een schrijver in levende lijve ontmoeten heeft toch meerwaarde. Op radio of televisie mag natuurlijk ook. Ik ben het niet eens met de mening dat je een literaire tekst moet beoordelen los van de persoon van de schrijver. Nog afgezien van het feit dat ik mij juist zo veel mogelijk probeer te onthouden van een eindoordeel, vind ik het vaak interessant om iets te zien van hoe een schrijver zijn wereld probeert te vangen in een verhaal. En dan zie ik graag iets van die wereld. Vorige week op Manuscripta weer heel wat lezingen en interviews gezien en vanmorgen Thomas Verbogt. Ik geef direct toe dat ik ook de kunst aan het afkijken ben. Ergens komend najaar zal ik mijn eerste lezing als schrijver houden. De enthousiaste en persoonlijke manier waarop Thomas dat deed, is een voorbeeld voor mij. In de pauze, bij het signeren van mijn exemplaar van zijn ‘Perfecte Stilte’, heb ik van de gelegenheid gebruikgemaakt om een exemplaar van mijn ‘In de Tusschentijd’ voor hem te signeren. Veel plezier ermee Thomas, ik hoor graag wat je ervan vond.

En nu de recensies maar afwachten

Het eerste wat ik afgelopen weekend deed toen ik terugkwam van vakantie, was recensie-exemplaren versturen naar de media. Nadat ik de distributie in de eerste helft van juli eindelijk rond had, was de komkommertijd inmiddels begonnen. Geen handige tijd om berichten de wereld in te sturen. Maar nu staat het nieuwe seizoen weer voor de deur en daar wil ik bij zijn. Ook heb ik kaartjes aan vrienden, kennissen en relaties gestuurd die nog niets wisten van mijn boek.

Terwijl ik zo bezig was met mijn schrijvers- en uitgeversactiviteiten viel mijn oog op een dubbelinterview in de NRC over de ontwikkelingen in de boekenwereld. Het waren interviews met de schrijver Charles den Tex en de uitgever Mizzy van der Pluijm. Den Tex signaleert een nieuw fenomeen in de boekenwereld: de schrijver-uitgever. ‘Dat ben ik’, dacht ik meteen. Verder vindt Den Tex dat het aan visie ontbreekt bij de Nederlandse uitgevers en ziet de grote uitgevers uit elkaar vallen tot kleine diensten aanbieders. Een balangrijke oorzaken hiervan zouden de komst zijn van het eboek en grote webshops als Apple Bookstore, Amazon.com en Bol.com. Van der Pluijm ziet juist een mooie combinatie van internet en papier ontstaan en nieuwe mogelijkheden voor vruchtbare samenwerking tussen bestaande en nieuwe partijen in de boekenwereld. Zij doet een beroep op alle partijen om zich niet door paniekverhalen uit elkaar te laten spelen.

Mijn ervaring tot zo ver is dat de Nederlandse boekenwereld een gesloten wereldje is, georganiseerd rond de uitgeverijen. Een mooi voorbeeld hiervan is een soort handleiding voor aspirant schrijvers waarop ik een paar jaar geleden stuitte. En wanneer mocht je je schrijver noemen? … als je een contract met een uitgever op zak had. Ook erg boeiend is de voorwaarde om lid te worden van de Vereniging van Schrijvers en Vertalers: ‘als er tenminste één door u geschreven literair werk van substantiële omvang onder redelijke voorwaarden is gepubliceerd door een professioneel geleide uitgeverij’. Voor onafhankelijk schrijvers als ik is eigenlijk geen plaats, daar is geen rekening gehouden. De distributie van gedrukte boeken en eboeken is ook sterk gericht op de uitgeverijen en hun Centraal Boekhuis. Maar de distributie van eboeken is nog veel erger. Daar heb ik wel met vijf partijen contracten moeten afsluiten om overal verkrijgbaar te zijn.

Als ik op de media afga dan wordt de Nederlandse literaire wereld bevolkt door uitgevers met marketingfrustratie, fusieverdriet en eboekangst. Toen ik begin dit jaar mijn manuscript afrondde, moest ik kiezen hoe ik het wilde uitgeven. Die keuze was ineen niet moeilijk meer: zelf doen.

Mijn voorbeeld is de wereld van de moderne muziek. Daar is de vanzelfsprekendheid van ‘een muziekcarrière begint bij een platenmaatschappij’ al lang doorbroken. Daar is een gevarieerde wereld ontstaan van dienstverleners voor iedere mogelijke vraag die muzikanten hebben in hun muziekactiviteiten, naast de internationale en nationale full service muziekorganisaties, de bekende A- en B-labels. Welke vraag je hebt als muzikant, hangt er vanaf wat je wilt en wat je positie is. De één wil de distributie van zijn zelf geproduceerde cd’jes uitbesteden en de ander is op een dermate grote schaal bezig, dat hij het beste af is met een A-label.

Ik zie wel hoe het uitpakt. Eerst maar eens afwachten wat de reacties zijn op mijn recensie-exemplaren en hopen dat ze ook boeken bespreken van onafhankelijk schrijvers.

Plannen zat voor nieuwe publicaties

Na mijn laatste blog heb ik hard gewerkt aan een volgend artikel over tijd. Ik wilde in mijn volgende blog graag de publicatie van dat artikel kunnen melden. Vervolgens duurde het publiceren daarvan op mijn website om technische redenen (ik had zelf iets doms gedaan) bijna een week langer dan gepland. En daarna kreeg ik het helemaal te pakken van een nieuw idee voor een volgende roman. In ieder geval een novelle. En aangezien ik geleerd heb het ijzer te smeden als het heet is, liet ik me meenemen door de stroom zo lang als het duurde. Pas vandaag ging het wat minder. Ik heb het idee dat deze creatieve eruptie kwam doordat ik al zo lang aan andere dingen heb moeten werken. Eerst de afronding van mijn roman, In de Tusschentijd – toch altijd een fase van punten en komma’s en niet van grootse en woeste schepping. En daarna het opzetten van mijn eigen uitgeverij. Hoe dan ook heb ik niet te klagen over aanzetten voor nieuwe publicaties. Voor de periode tot eind 2014 (nog bijna 2,5 jaar) heb ik een essaybundel over tijd op stapel staan, een klassieke novelle (of roman) met een thriller-achtig karakter en een novelle (of roman) met een opnieuw een wat surrealistisch karakter, net als In de Tusschentijd. Veel te ambitieus natuurlijk. Ik heb nog steeds een baan van 20 uur.

Ondertussen is het eindelijk gelukt In de Tusschentijd als eboek te publiceren in de Apple Bookstore. Althans, het uploaden ging goed, nu nog afwachten wanneer hij daadwerkelijk in de catalogus verschijnt.

De verschijning van In de Tusschentijd zal tot medio augustus het beste bewaarde geheim van literair Nederland blijven: dan ga ik recentie exemplaren rondsturen.

Oh ja, dat artikel over tijd is dus al lang gepubliceerd: https://www.hansverster.nl/nieuws/artikel/detail/2012-6-op-zoek-naar-de-verloren-eigen-tijd/

Een ernstig geval van workaholisme

Ik geef het toe, ik ben zelf ook een ernstig geval van workaholisme. Altijd moet er iets, nooit kan ik eens even niets doen. Maar, moet ik mezelf nageven (ik ben me d’r eentje), ik doe dat wel op een creatieve manier. Het komt wel uit mezelf. Meestal. En daardoor leef ik wel in mijn eigen tijd, in mijn eigen Tusschentijd. Zeven jaar heb ik gewerkt aan mijn boek (tussen alle drukte door). In mijn eentje. Maar doordat ik heb weten vast te houden aan het werken vanuit mijn inspiratie, mijn creativiteit, en me niet heb laten opjagen door doelen buiten het schrijven, heeft me dat veel voldoening gegeven. Natuurlijk had ik mijn ups en downs, maar het meeste was positief. Ik denk wel eens dat dat me behoed heeft voor een burn-out in mijn andere werk: ik had voor mezelf altijd nog mijn schrijven waarin ik me kon uitleven, waarin ik me helemaal kwijt kon.

En dat werken vanuit mezelf probeer ik ook nu vast te houden in deze fase van distributie perikelen. Het is namelijk nog steeds niet gelukt om de distributie van mijn boek als eboek goed te regelen. De technische problemen bij het uploaden naar Apple Bookstore zijn nog niet opgelost en iedere keer blijkt de Nederlandse eboekenmarkt nog weer meer versnipperd te zijn. Nu blijkt dat eBoekhuis maar een deel van de Nederlandse webshops van eboeken te voorzien. Een Belgische partij, epagine.nl, is hier flink aan de weg aan het timmeren. Ik ga daar waarschijnlijk ook een overeenkomst mee sluiten.

Ondertussen is het te laat geworden om nu nog voor de zomervakantie recensie-exemplaren rond te sturen. Tenzij iemand natuurlijk goede argumenten heeft om dat juist wel te doen. In komkommertijd grijpen de media alles aan. Nu ik dat zo zeg, begin ik toch te twijfelen.

Over eboeks, de Amerikaanse belastingdienst en ‘Alles over Tristan’

Het positieve nieuws is dat In de Tusschentijd inmiddels te vinden is in de catalogi van webshops als Selexyz en Bol.com. Dat wil zeggen de gedrukte versie. De eboek versie wil echter nog niet lukken. Nadat ik hoorde dat ik voor de distributie van mijn eboek een apart contract moest afsluiten met Centraal Boekhuis dochtermaatschappij Eboekhuis, vroeg ik direct een op naam gesteld contract aan. Dat was dinsdag 22 mei. Na allerlei perikelen lukte het om ruim twee weken later succesvol mijn eboek te uploaden. Dat wil zeggen dat ik geen foutmelding meer kreeg, maar ik heb het nog niet in de catalogi van webshops teruggezien.

Daarna bleek dat ik voor de aanlevering door Eboekhuis aan Apple Bookstore en Kobo toch nog een apart contract moest regelen. Dat heb ik gedaan en ik wacht op een bevestiging. Oh ja, voor verkoop door Bol.com moet ik zelf contact met dit bedrijf opnemen. Dat heb ik gedaan en ook daar wacht ik op een reactie.

In de tussentijd (maar dan niet de titel van mijn boek) kreeg ik zo waar een brief van de Amerikaanse belastingsdienst IRS met mijn aangevraagde ID. Hiermee was de weg vrij om direct aan Apple Bookstore te leveren. Omdat het hier in Nederland niet zo opschoot, besloot ik mij als uitgever aan te melden bij Apple.

Net voor afgelopen weekend kreeg ik daarover positief bericht en gisteren ben ik daarmee aan de slag gegaan: speciale software downloaden en installeren, contracten en handleidingen doorwerken en tenslotte het hele publicatie pakket samenstellen. Na de hele dag werken kon ik om vier uur ‘s middags dan eindelijk op de knop Deliver drukken. Error! En wat ik ook probeerde en voor oplossingen op het web zocht, het bleef Error.

Om zeven uur ‘s avonds gaf ik het op. Toen bleek ik ook nog de eerste helft van Oranje tegen Denemarken te hebben gemist. Achteraf gezien had ik ook de tweede helft wel willen missen. Zaterdag was mijn dag niet. Uiteindelijk een oude Grisham op tv gekeken (The Firm) en een oudere roman van Tommy Wieringa, Alles over Tristan, uitgelezen. Dit maakte mijn dag toch nog een beetje goed. Vooral het laatste. Morgen, maandag, maar eens bedenken wat ik nu ga doen met de eboek versie.

Mijn 80 woorden voor het VPRO Boekenfestival

Afgelopen zaterdag naar het VPRO Boekenfestival geweest. Erg leuk. Veel bekende en minder bekende schrijvers (niet van mij persoonlijk hoor) die werk presenteerden of geïnterviewd werden, opnames voor radio- en tv programma’s en andere activiteiten. Het was een gezellige drukte in de Nes theaters de Brakke Grond, Frascati, het Comedy Theater en de Engelenbak en de Nes zelf was vol met terrasjes, optredende bands en een boekenmarkt met signerende schrijvers. Mijn inzending voor ‘In 80 woorden de wereld rond’ was geen succes. Misschien had ik eerst wat van juryvoorzitter A.L. Snijders moeten lezen om aan te voelen waar hij heen wilde met zijn prijsvraag voor een kort verhaal in precies 80 woorden. 1500 Inzendingen! En ik was niet eens genomineerd. Dan zet ik hem wel in deze blog.

In 80 woorden rond de wereld

Woord voor woord zag kleine Thomas zijn wereld groeien
vanaf een aarzelend ‘papa’ en ‘mama’ tot ze in woeste stromen kwamen
die als jonge hondjes tevoorschijn sprongen vanachter blikken en gedachtes
en hem soms meesleepten tot buiten de perkjes van waar hij heen wilde.
Maar moe zelfs iets te zeggen ook al zei hij niets
vroeg hij “hoe kom ik van jullie af”
waarna de hondjes zeiden: “met een slecht geheugen”
en Thomas’ wereld weer kleiner werd, woord voor woord.

Drukwerk in de boekwinkel, eboek bijna

Mijn laatste blog was van 4 mei! Ik kan het haast niet geloven, zo lang geleden al weer. Maar er is weer veel gebeurd. Ik ‘moest’ een weekje naar Frankrijk (zonder internet). Met een heel gezelschap. Toch bijzonder hoe anders gesprekken verlopen als je eens wat langer bij elkaar zit. En naar een indrukwekkend huis. Een huis met een veranda. Dat wil ik ook. Met kilometers ver uitzicht. En daarna moest de boot hoognodig zeilklaar worden gemaakt.
Maar aan schrijversfront zijn er weer flinke vorderingen gemaakt. De distributie is nu bijna rond. Het duurde langer dan ik had gedacht, maar daar ga ik me niet druk om maken. Contracten afsluiten moet kennelijk zijn tijd hebben. Ik heb twee contracten afgesloten met Centraal Boekhuis. Of liever gezegd moet ik de tweede nog tekenen en terugsturen: die voor het eBoekhuis. Daarmee zorg ik dat de eboek versie van In de Tusschentijd in één klap bij alle gangbare grote en kleine webshops te krijgen is. Het andere contract is met CB Compact, een dienst van Centraal Boekhuis speciaal voor kleine uitgevers als ik. Ik leg daar een voorraadje aan (inmiddels gedaan) waarmee zij alle boekhandels en webshops in Nederland en Vlaanderen van mijn boek kunnen voorzien. De gedrukte versie zou inmiddels beschikbaar moeten zijn. Ik zal er eens achteloos naar vragen bij wat boekhandels … Misschien gaan ze het dan nog bestellen ook (schijnt een gewoonte van veel schrijvers te zijn, vragen naar hun eigen boek).
Donderdag zijn de laatste puntjes op de i gezet van mijn eboek. In ePub, het meest gangbare formaat. Morgenavond kan het getekende contract terug. Je zou zeggen dat ik dan voor het weekend een account heb en mijn eboek kan uploaden. Oh ja, wat ik was vergeten is dat er dan nog een technische controle moet plaatsvinden of het bestand wel goed leesbaar is.
Hoe dan ook ga ik naast deze laatste strubbelingen aan het distributie front, mij nu voorlopig richten op de promotie: recensie exemplaren sturen aan redacties en persberichten aan relevante organisaties.

Eerst de distributie, dan de publiciteit

Afgelopen zondag was de tweede van de boekpresentaties. Thuis, voor familie en vrienden. De mensen die jarenlang het meeste je geklets over een boek hebben moeten aanhoren, moet je toch als eerste laten delen in het succes: het is me gelukt! De eerste boeken zijn verkocht, dus ik mag mij schrijver noemen: je bent schrijver als je lezers hebt. Maar nu de volgende stap: hoe bereik ik de lezers buiten mijn eigen, directe kring?

Vantevoren had ik natuurlijk een marketing plan. Globaal. Maar de duivel schuilt in de details. Het is heel veel werk, maar dat vind ik niet erg. Integendeel. Het zou erg zijn als je aankijkt tegen een dichte muur. De twee hoofdtaken die ik nu voor me zie (afgezien van weer eens iets steekhoudends op papier zetten) is distributie en publiciteit.

Distributie wil zeggen: zorgen dat het boek op zo veel mogelijk plaatsen en in zo veel mogelijk vormen te krijgen is. Hier heb ik al eerder een en ander over verteld. Op dit moment richt ik mij op het Centraal Boekhuis. Behalve het afhandelen van de ISBN-administratie voor Nederland en België, bieden zij een breed dienstenpakket voor uitgevers en boekhandels. En speciaal voor kleine uitgevers zoals de dienst CB Compact. Ik ken nog niet alle details, maar dat ziet er veelbelovend uit. Allereerst kun je hiermee tegen aanvaardbare kosten zorgen dat je boek in ruim 1800 (internet) boekhandels in Nederland en België (Vlaanderen) ligt. Weliswaar is mijn boek op mijn eigen website te krijgen, maar veel mensen willen het toch eerst in hun handen hebben gehad en kopen liever bij een boekhandel. Verder lijkt het erop dat ik via CB Compact eboekkanalen voor Nederlandstalige boeken in een keer kan bedienen: Apple Bookstore, Bol.com en Kobo. En natuurlijk alle gewone boekhandels met een webshop, zoals de Selexyz keten. Mijn aanvraag voor een Amerikaans Employer Identification Number (EIN) om direct aan Apple Bookstore te kunnen leveren loopt nog, maar waarschijnlijk werkt deze nieuwe route beter. Ik verwacht volgende week de zaken met CB Compact te hebben geregeld.

Distributie is nog geen publiciteit. Het moet natuurlijk wel bekend zijn dat er een ontzettend goed boek is en dat die Verster iemand is van wie je dat graag wilt lezen. Ik wil het ook in die volgorde aanpakken: eerst de distributie goed opzetten en daarna de publiciteit op grotere schaal aanpakken. Mijn filosofie is om consistent iets op te bouwen en onderbrekingen en kinken in de kabel te vermijden. Dus niet een hoop mensen nieuwsgierig maken en dat het vervolgens nergens te krijgen is. En dat gaat in een lange reeks stappen, want ik ben nu eenmaal geen grote uitgever die in één klap een hele apparaat in beweging kan zetten.

Na volgende week ben ik eerst nog een weekje naar het buitenland (briljante timing, maar ja, oude afspraken) en daarna ga ik de publiciteit aanpakken. Dit houdt vooral in recensie-exemplaren sturen aan de media en presentatiekaartjes / nieuwsberichten aan de organisaties van evenementen.

En nu moet onze zeilboot (voor de liefhebber: een Waarschip 740) uit de winterstalling het water in.

En dan dat eerste exemplaar in je handen!

Hij is er! ‘In de Tusschentijd’ in druk! Gisteren om 11.30 uur kwam er een gammel bestelautootje voorrijden en was het zover. In plaats van de deur open te rukken, een doos open te scheuren en het eerste exemplaar in aanbidding te aanschouwen, laad ik heel beheerst samen met de chauffeur de lading uit. Daarna de dozen tellen en de pakbon tekenen. Maar dan. De omslag is prachtig, perfect. Vervolgens blader ik het boek door om te zien of niets ontbreekt en alles in de juiste volgorde staat. Niets op aan te merken. Opluchting. Niet dat ik problemen had verwacht, maar je weet maar nooit. Zien is geloven.

Ik kijk eens naar het resultaat. 47 Dozen, 1000 stuks. Wel een beetje vol in de huiskamer. Maar we hebben nog een paar dagen om daar een plekje voor te vinden voordat het bezoek komt om het verschijnen van mijn boek te vieren. Zo gaat het al weken: lijsten met klussen afwerken waarvan ik bij het begin geen idee heb hoe ik dat voor elkaar moet krijgen. Maar het gaat als met het beklimmen van die spreekwoordelijke berg: van een afstand is hij enorm, maar als je je ene voet voor de andere blijft zetten, dan ga je ondanks jezelf gewoon omhoog.

Het idee van een grote boekpresentatie heb ik laten varen, dat zou veel te lang duren. Nu organiseer ik er één voor collega’s op mijn werk en één voor familie en vrienden thuis. Morgen als eerste een presentatie op mijn werk. Toch een wat merkwaardige situatie: een schrijver die mensen uitnodigt om zijn eigen kunstje te komen bewonderen. Dat is goed beschouwd een functie van een uitgever: een excuus voor de schrijver. Dan kan de uitgever zeggen dat je boek zo mooi is en kun je er zelf chique en ingetogen bij staan. Als rechtvaardiging draai ik het maar om: het zou raar zijn om iets waar ik het al jaren over heb niet met mijn collega’s te delen en het stilletjes voor mezelf te houden. Het motto is dus: beste mensen, eindelijk heb ik mijn project afgerond en ik ben trots op het resultaat. Het zou mooi zijn als je het ook echt kon waarderen, maar anders is het jammer. Kom het in ieder geval met me vieren.

De reacties op mijn uitnodiging waren erg leuk. Geen enkele reactie waarin me op hoge toon werd toegevoegd dat het absoluut ongepast was om hem of haar met zo’n futiliteit lastig te vallen. Opvallend trouwens dat meerdere collega’s bekenden ook heimelijke literaire dromen te hebben ‘maar jij hebt het gedaan’. Heerlijk om dat te horen, daar word ik even een stukje groter van.

eBoek avonturen

Van het drukkersfront niets nieuws en dat is goed nieuws: woensdag 25 april, morgen!, blijft staan als afleverdatum van de eerste oplage. Maar nu In de Tusschentijd als eboek. Mijn idee over de distributie van mijn boek is om alle grote en kleine media en kanalen te gebruiken die beschikbaar zijn en die een goede indruk op mij maken. Maar niet alles tegelijk, daarvoor heb ik geen handjes genoeg. In dit blog meer over mijn avonturen met eboeken.

eBoeken via mijn eigen site verkopen overzie ik nog niet helemaal, dus dat zet ik even in de wacht. eBoeken via webshops verkopen is de volgende optie. Webshops kun je verdelen in twee soorten: met en zonder een eigen platform voor afrekenen en distributie. Alleen de grote webshops hebben zo’n platform, zoals amazone.com, bol.com, Apple Bookstore en Kobo. Dat kleinere webshops gebruikmaken van het platform van Centraal Boekhuis kan ik begrijpen, maar dat ik alleen een eboek via Centraal Boekhuis aan bol.com kan leveren – met alle extra kosten van dien – begrijp ik niet. Centraal Boekhuis schijnt ook in onderhandeling te zijn met amazon.com en Kobo voor de toelevering van eboeken als zij naar Nederland komen. Het mooie van eboeken is dat vrijwel iedere drempel tussen schrijver en lezer verdwijnt … in theorie. In de praktijk wordt de internet boekenmarkt van alle kanten dichtgetimmerd. Vooral in Nederland.

Zoals ik in een eerdere blog al meldde valt amazon.com voorlopig voor mij af omdat zij (nog) geen Nederlandstalige teksten distribueren. Ik weet niet precies wat het probleem is, waarschijnlijk dat de software van hun ereader, Kindle, nog geen Nederlands ondersteunt. Bol.com is alleen te benaderen via Centraal Boekhuis. Dat hoop ik volgende week te gaan regelen. Kobo, een grote internationale eboekdistributeur en webshop, heb ik afgelopen weekend aangeschreven, maar daar heb ik nog niets van gehoord. Blijft voor dit moment Apple Bookstore over. En wat bleek bij het regelen van een uitgevers account bij Apple: daar heb je een EIN voor nodig, een Employer Identification Number. Een EIN moet je aanvragen bij de Internal Revenue Service, een afdeling van de belastingdienst van de USA. Nadat ik het benodigde formulier voor de aanvraag gedownload had, zocht ik het adres waar het heen moest. ‘Aanvraag per mail’ heette de link, maar ik kon nergens een mailadres vinden … totdat ik me realiseerde dat dit gewoon postadres betekende … en ik maar zoeken naar een emailadres! Deformatie van iemand te veel op internet is ingesteld, zullen we maar zeggen. Maar afgezien van het tijdverlies door een postverzending , moest ik rekenen op een verwerkingstijd van 4 weken!

Aanvankelijk heb ik nog even geprobeerd mijn eboek zelf op te maken met iBook Author, het gratis opmaakprogramma van Apple. De reclame suggereerde dat opmaak en publicatie in de Apple Bookstore een kwestie van een paar drukken op de knop was. Bij het opmaken bekroop mij het gevoel bezig te zijn met zo’n amateuristisch DTP-product en dat is niet wat ik wil. Voor publicatie vanuit iBook Author heb je overigens ook dat leuke EIN nodig. Bij een volgende publicatie ga ik wel weer eens proberen zelf iets op te maken, maar In de Tusschentijd moet een professionele layout krijgen. Dat is inmiddels uitgevoerd door de vormgever. Jammer dat het nog zo lang moet duren voordat ik het kan publiceren.